Vlaginstructies
Gedecoreerden
Activiteiten

Koningsdag is de nationale feestdag waarop de verjaardag van de Koning wordt gevierd. Als 27 april op een zondag valt, wordt Koningsdag de dag ervoor gevierd.

Op Koningsdag bezoeken Koning Willem-Alexander en zijn gezin, samen met andere leden van de Koninklijke Familie, een gemeente met een centrumfunctie in de regio. De Koninklijke Familie viert het feest mee, waarbij de stad en de omliggende plaatsen zich op een feestelijke en karakteristieke manier kunnen presenteren. Dat kan bijvoorbeeld met een parade, met muzikale optredens en met bijdragen van verenigingen en organisaties die geworteld zijn in stad en regio. Daarnaast ontmoet de Koninklijke Familie het publiek langs de route. Het bezoek op Koningsdag wordt door de NOS rechtstreeks op televisie uitgezonden.

Vanaf 2014 wordt Koningsdag gevierd op 27 april, de verjaardag van Koning Willem-Alexander. 

Geschiedenis Koningsdag

Koningsdag is in 1885 begonnen als Prinsessedag.

Wilhelmina

Op 31 augustus 1885 werd in Nederland ter gelegenheid van de vijfde verjaardag van Prinses Wilhelmina de eerste Prinsessedag gevierd. Deze dag was de voorloper van Koninginnedag. Het initiatief komt van de liberalen, die met het feest de nationale eenheid wilden benadrukken. Na het overlijden van Koning Willem III op 23 november 1890 werd Wilhelmina Koningin, onder regentschap van haar moeder Koningin Emma. In 1891 werd in Nederland de eerste echte Koninginnedag gevierd. Koningin Wilhelmina en haar familie waren niet aanwezig bij de festiviteiten op Koninginnedag. Koninginnedag was in die jaren ook de laatste dag van de schoolvakantie, waardoor deze dag al snel een feestdag voor kinderen werd. Op 31 augustus 1902 groeide Koninginnedag uit tot een echt volksfeest. De bevolking vierde toen namelijk ook het bericht dat Koningin Wilhelmina net hersteld was van een ernstige ziekte.

Juliana

In september 1948 volgde Koningin Juliana haar moeder op. Zij vierde net als Koningin Wilhelmina Koninginnedag op haar eigen verjaardag: 30 april, voor het eerst in 1949. De Koningin en haar familie namen op het bordes van Paleis Soestdijk een defilé af. Veel Nederlanders liepen in een kilometerslange rij langs het bordes en gaven de Koninklijke Familie bloemen en geschenken. Dit bloemendefilé was vanaf midden jaren ’50 op de televisie te zien. Onder Koningin Juliana werd Koninginnedag een officiële vrije dag en de viering groeide uit tot een nationale feestdag, die in het teken staat van saamhorigheid.

Beatrix

Koningin Beatrix besloot bij haar aantreden als Koningin, uit respect voor haar moeder, Koninginnedag op 30 april te blijven vieren. Ze koos ervoor niet de mensen naar haar toe te laten komen, maar juist zelf naar de mensen toe te gaan. Een praktische overweging bij deze datum was dat de activiteiten die onlosmakelijk met deze dag waren verbonden doorgaans in de buitenlucht plaatsvonden en dus gebaat waren bij een gerede kans op weersomstandigheden die zich hiervoor lenen. Samen met andere leden van de Koninklijke Familie bezocht ze ieder jaar een of twee gemeenten in Nederland, om daar Koninginnedag te vieren.

Beeld: ©ANP / Robin Utrecht
Rhenen, 30 april 2012: Koningin Beatrix tijdens Koninginnedag.

Van 1981 tot 2013 heeft Koningin Beatrix in de volgende plaatsen Koninginnedag gevierd:

  • 2012 – Rhenen en Veenendaal
  • 2011 – Thorn en Weert
  • 2010 – Middelburg en Wemeldinge
  • 2009 – Apeldoorn
  • 2008 – Makkum en Franeker
  • 2007 – Woudrichem en Den Bosch
  • 2006 – Zeewolde en Almere
  • 2005 – Den Haag en Scheveningen (tevens viering 25-jarig regeringsjubileum)
  • 2004 – Warffum en Groningen
  • 2003 – Wijhe en Deventer
  • 2002 – Hoogeveen en Meppel
  • 2001 – Het bezoek Hoogeveen en Meppel werd uitgesteld tot 2002 in verband met MKZ-epidemie
  • 2000 – Katwijk en Leiden
  • 1999 – Houten en Utrecht
  • 1998 – Doesburg en Zutphen
  • 1997 – Marken (gemeente Waterland) en Velsen
  • 1996 – Sint-Maartensdijk (gemeente Tholen) en Bergen op Zoom
  • 1995 – Eijsden en Sittard
  • 1994 – Emmeloord (gemeente Noordoostpolder) en Urk
  • 1993 – Vlieland en Sneek
  • 1992 – Rotterdam
  • 1991 – Buren en Culemborg
  • 1990 – Haren en Loppersum
  • 1989 – Goedereede en Oud-Beijerland
  • 1988 – Genemuiden en Kampen en informeel Amsterdam (ook viering 50e verjaardag Koningin Beatrix)
  • 1987 – Breukelen (ook viering 50-jarig huwelijk Prinses Juliana en Prins Bernhard op Paleis Soestdijk)
  • 1986 – Deurne en Meijel
  • 1985 – Anna Paulowna, Callantsoog en Schagen
  • 1984 – ‘s-Gravenhage (ook 75e verjaardag Prinses Juliana)
  • 1983 – Lochem en Vaassen
  • 1982 – Harlingen en Zuidlaren
  • 1981 – Veere en Breda

De data[1] waarop uitgebreid (UV) of beperkt (BV) *** gevlagd moet worden zijn:

Datum Gelegenheid 

  • 31 januari (1 februari) verjaardag van de Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix der Nederlanden  BV
  • 27 april (26 april): Koningsdag *
  • 27 april (28 april): verjaardag Zijne Majesteit Koning Willem-Alexander, Koningh der nederlanden, Prins van Oranje-Nassau **  UV
  • 4 mei (4 mei)Nationale dodenherdenking, met halfstok vlaggen van 18.00 uur tot zonsondergang (ca. 21.10 uur zomertijd) UV
  • 5 mei (5 mei) Nationale bevrijdingsdag UV
  • 17 mei (18 mei) Verjaardag van Hare Majesteit Koningin Máxima BV
  • laatste zaterdag in juni Veteranendag  UV
  • 15 augustus (16 augustus) Formeel einde Tweede Wereldoorlog UV
  • Derde dinsdag in september Opening van de Staten-Generaal (alleen in Den Haag) UV
  • 7 december (8 december) Verjaardag Hare Koninklijke Hoogheid de Prinses van Oranje: Prinses Catharina-Amalia ** BV
  • 15 december (16 december) Koninkrijksdag BV

*Indien de vlaginstructie op een zondag of christelijke feestdag valt verschuift de datum naar de datum tussen de haakjes.
**Alleen op verjaardagen van de Koning en de troonopvolgers geldt er een officiële vlaginstructie.
***Voor overheidsdiensten geldt dat er 2 vlaginstructies zijn: beperkt vlaggen (BV) of uitgebreid vlaggen (UV).

Wanneer mag de oranje wimpel boven de Nederlandse vlag?

De oranje wimpel wordt alleen gebruikt op Koningsdag en op de verjaardagen van de hierboven genoemde personen. Op alle overige data wordt de oranje wimpel niet gebruikt.

Uithangen en hijsen van de vlag.

Een vlag, volledig gehesen of halfstok, mag nooit de grond raken en/of het verkeer hinderen.Volgens de vlaginstructie geldt dat de vlag alleen tussen zonsopgang en zonsondergang uitgehangen wordt. Tussen zonsondergang en zonsopgang wordt de vlag dus gestreken.

Regels voor het half stok hangen van de vlag.

Bij het half stok vlaggen moet de vlag volgens de regels eerst vol gehesen. Zodra de vlag volg gehesen is moet hij worden neergehaald tot het midden. Bij het neerhalen van de vlag wordt de vlag eerst vol gehesen en daarna rustig neergehaald.

Ophangen van de vlag

Het ophangen van de vlag gebeurt met de rode baan aan de bovenzijde. (zie afbeelding hiernaast) en moet dusdanig gebeuren dat de vlag de grond niet raakt en geen hinder vormt voor het verkeer, ook als deze half stok hangt.

Kleuren en Afmetingen Nederlandse vlag

De officiële kleuren van de Nederlandse vlag zijn:

  • Rood: helder vermiljoen 
  • Wit: helder wit 
  • Blauw: kobaltblauw

De HEX kleuren van de Nederlandse vlag die over het algemeen aangehouden worden zijn:

  • Rood: #AE1C28 
  • Wit: #FFFFFF
  • Blauw: #21468B

De kleur van de oranje wimpel is HEX: #FF7F00

Er zijn geen officiële maten voor de Nederlandse vlag. In een niet vastgestelde wet uit 1973 (De zogenoemde vlaggenwet) is de verhouding tussen de hoogte en breedte van de vlag wel vast gelegd: 2 staat tot 3. Deze afmetingen worden meestal aangehouden.

De minister president heeft een vlaginstructie vast gesteld. In deze vlaginstructie is bepaald wanneer de vlag uit moet op overheidsgebouwen. Ook lokale overheden dienen zich te houden aan dit vlagprotocol. In het vlagprotocol staan twee vlaginstructies: voor ‘uitgebreid vlaggen'(UV) en ‘beperkt vlaggen’ (BV).

Uitgebreid vlaggen (UV)

Uitgebreid vlaggen geldt voor alle rijksgebouwen.

Beperkt vlaggen (BV)

Bij beperkt vlaggen hoeft de vlag alleen uit op de hoofdgebouwen van de ministeries en die van instellingen als de Kamers der Staten-Generaal, de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale Ombudsman, het Kabinet der Koningin en de Hoge Raad der Nederlanden. Vrijdag 18-07-2014

Behalve de Nederlandse vlag ook andere vlaggen ophangen

Wilt u de Nederlandse vlag naast andere vlaggen ophangen dan gelden de volgende regels: De vlaggen moeten van gelijke afmetingen zijn. Met de rug naar de vlaggen bezien is de ereplaats rechts. Bij drie vlaggen moet de Nederlandse vlag in het midden hangen.

De kleuren van de vlag zijn al in de zestiende eeuw vastgesteld, oranje, wit en blauw (oranje, banje, bleu).  In 1937 bepaalde koningin Wilhelmina bij koninklijk besluit dat de kleuren van de Nederlandse vlag rood, wit en blauw (vermiljoen, helder wit en kobalt blauw) zijn.

Tekst van het Wilhelmus

Wilhelmus van Nassouwe
ben ik, van Duitsen bloed,
den vaderland getrouwe
blijf ik tot in den dood.
Een Prinse van Oranje
ben ik, vrij, onverveerd,
den Koning van Hispanje
heb ik altijd geëerd.

In Godes vrees te leven
heb ik altijd betracht,
daarom ben ik verdreven,
om land, om luid gebracht.
Maar God zal mij regeren
als een goed instrument,
dat ik zal wederkeren
in mijnen regiment.

Lijdt u, mijn onderzaten
die oprecht zijt van aard,
God zal u niet verlaten,
al zijt gij nu bezwaard.
Die vroom begeert te leven,
bidt God nacht ende dag,
dat Hij mij kracht zal geven,
dat ik u helpen mag.

Lijf ende goed tezamen
heb ik u niet verschoond,
mijn broeders, hoog van namen
hebben ’t u ook vertoond
Graaf Adolf is gebleven
in Friesland in den slag,
zijn ziel in ’t eeuwig leven
verwacht den jongsten dag.

Edel en hooggeboren,
van keizerlijken stam,
een vorst des rijks verkoren,
als een vroom christenman,
voor Godes woord geprezen,
heb ik, vrij onversaagd,
als een held zonder vrezen
mijn edel bloed gewaagd.

Mijn schild ende betrouwen
zijt Gij, o God mijn Heer,
op U zo wil ik bouwen,
Verlaat mij nimmermeer.
Dat ik doch vroom mag blijven,
uw dienaar t’aller stond,
de tirannie verdrijven
die mij mijn hart doorwondt.

Van al die mij bezwaren
en mijn vervolgers zijn,
mijn God, wil doch bewaren
den trouwen dienaar Dijn,
dat zij mij niet verrassen
in haren bozen moed,
hun handen niet en wassen
in mijn onschuldig bloed.

Als David moeste vluchten
voor Sauel den tiran,
zo heb ik moeten zuchten
als menig edelman.
Maar God heeft hem verheven,
verlost uit alder nood,
een koninkrijk gegeven
in Israël zeer groot.

Na ’t zuur zal ik ontvangen
van God, mijn Heer, het zoet,
daar na zo doet verlangen
mijn vorstelijk gemoed:
welk is, dat ik mag sterven
met ere in het veld,
een eeuwig rijk verwerven
als een getrouwen held.

Niet doet mij meer erbarmen
in mijnen wederspoed
dan dat men ziet verarmen
des Konings landen goed.
Dat u de Spanjaards krenken,
o edel Neerland zoet,
als ik daaraan gedenke,
mijn edel hart dat bloedt.

Als een prins opgezeten
met mijner heireskracht,
van den tiran vermeten
heb ik den slag verwacht,
die, bij Maastricht begraven,
bevreesde mijn geweld;
mijn ruiters zag men draven
zeer moedig in dat veld.

Zo het den wil des Heren
op dien tijd had geweest,
had ik geern willen keren
van u dit zwaar tempeest.
Maar de Heer van hierboven,
die alle ding regeert,
die men altijd moet loven,
en heeft het niet begeerd.

Zeer christlijk was gedreven
mijn prinselijk gemoed,
standvastig is gebleven
mijn hart in tegenspoed.
Den Heer heb ik gebeden
uit mijnes harten grond,
dat Hij mijn zaak wil redden,
mijn onschuld maken kond.

Oorlof mijn arme schapen
die zijt in groten nood,
uw herder zal niet slapen,
al zijt gij nu verstrooid.
Tot God wilt u begeven,
zijn heilzaam woord neemt aan,
als vrome christen leven,
’t zal hier haast zijn gedaan.

Voor God wil ik belijden
en Zijner groten macht,
dat ik tot genen tijden
den Koning heb veracht,
dan dat ik God den Heere,
der hoogsten Majesteit,
heb moeten obediëren
in den gerechtigheid.

De originele tekst van het Wilhelmus

Wilhelmus van Nassouwe
Ben ick van Duytschen Bloedt,
Den Vaderland ghetrouwe
Blijf ick tot inden doet;
Een Prince van Orangien
Ben ick vry onverveert.
Den Coninck van Hispangien
Heb ick altijt gheeert.

In Godes vrees te leven
Heb ick altijt betracht,
Daerom ben ick verdreven
Om Land, om Luyd ghebracht:
Maer Godt sal my regeren
Als een goet Instrument,
Dat ick sal wederkeeren
In mijnen Regiment.

Lijdt U, mijn Ondersaten,
Die oprecht zijn van aert,
Godt sal u niet verlaten
Al zijt ghy nu beswaert:
Die vroom begheert te leven,
Bidt Godt nacht ende dach.
Dat Hy my cracht wil gheven
Dat ick u helpen mach.

Lijf ende goed al te samen
Heb ick u niet verschoont,
Mijn Broeders, hooch van Namen,
Hebbent u oock vertoont:
Graef Adolff is ghebleven,
In Vrieslandt in den Slach,
Sijn siel int eewich leven
Verwacht den jonghsten dach.

Edel en Hooch gheboren
Van Keyserlicken stam:
Een Vorst des Rijcks vercoren,
Als een vroom Christen-man,
Voor Godes Woort ghepreesen,
Heb ick vrij onversaecht,
Als een helt zonder vreesen
Mijn edel bloet gewaecht.

Mijn schilt ende betrouwen
Zijt ghy, O Godt, mijn Heer.
Op U soo wil ick bouwen,
Verlaet my nimmermeer;
Dat ick doch vroom mag blijven
U dienaer t’aller stond
Die tyranny verdrijven,
Die my mijn hert doorwondt.

Val al die my beswaren,
End mijn vervolghers zijn,
Mijn Godt wilt doch bewaren
Den trouwen dienaer dijn:
Dat sy my niet verasschen
In haeren boosen moet,
Haer handen niet en wasschen
In mijn onschuldich bloet.

Als David moeste vluchten
Voor Saul den tyran:
Soo heb ick moeten suchten
Met menich edelman:
Maer Godt heeft hem verheven,
Verlost uit alder noot,
Een Coninckrijck ghegheven
In Israël, seer groot.

Na tsuer sal ick ontfanghen
Van Godt, mijn Heer, dat soet,
Daer na so doet verlanghen
Mijn vorstelick ghemoet,
Dat is, dat ick mag sterven
Met eeren, in dat velt,
Een eeuwich rijk verwerven
Als een ghetrouwe helt.

Niets doet my meer erbarmen
In mijnen wederspoet,
Dan dat men siet verarmen
Des Conincks landen goet,
Dat ud de Spaengiaerts crencken,
O edel Neerlandt soet,
Als ick daeraen ghedencke,
Mijn edel hert dat bloet.

Als een Prins opgheseten
Met mijnes heyres cracht,
Van den tyran vermeten
Heb ick den slach verwacht,
Die, by Maestricht begraven,
Bevreesde mijn ghewelt;
Mijn ruyters sach men draven
Seer moedich door dat velt.

Soo het den wil des Heeren
Op die tijt had gheweest,
Had ick geern willen keeren
Van u dit swaer tempeest:
Maer de Heer van hier boven
Die alle dinck regeert,
Die men altijt moet loven,
En heeftet niet begeert.

Seer christlick was ghedreven
Mijn princelick ghemoet,
Stantvastich is ghebleven
Mijn hert in teghenspoet,
Den Heer heb ick ghebeden
Van mijnes herten gront,
Dat Hy mijn saeck wil reden,
Mijn onschult doen oircont.

Oorlof mijn arme schapen,
Die zijt in grooten noot.
U Herder sal niet slapen,
Al zijt ghy nu verstroit:
Tot Godt wilt u begheven,
Sijn heylsaem woort neemt aen,
Als vrome Christen leven,
Tsal hier haest zijn ghedaen.

Voor Godt wil ick belijden
End sijner grooter macht,
Dat ick tot gheenen tijden
Den Coninck heb veracht:
Dan dat ick Godt den Heere,
Der hoochster Majesteyt,
Heb moeten obedieren,
In der gherechticheyt.

Ontstaan van het Wilhelmus

De melodie van het Wilhelmus is ontstaan tijdens het beleg van de Franse stad Chartres in 1568. De eerste bekende vermelding van de tekst stamt uit 1572.

Deze tekst wordt in het algemeen toegeschreven aan Marnix van Sint Aldegonde, de secretaris van Willem van Oranje.

Adriaen Valerius legde in 1626 de huidige melodie van het Wilhelmus vast in zijn bundel ‘Nederlandtsche Gedenck-clanck’. De beginletters van de vijftien coupletten vormen de naam Willem van Nassov. In de achttiende eeuw kreeg het Wilhelmus vooral het karakter van strijdlied van de Orangisten, maar het gold nog niet als het officiële volkslied.

Gebruik van het Wilhelmus

Het Wilhelmus kan bij nationale en internationale gebeurtenissen gespeeld en gezongen worden. Meestal wordt alleen het eerste couplet ten gehore gebracht.

Het eerste couplet kan worden gevolgd door het zesde couplet ‘Mijn schild ende betrouwen’. Het wordt gespeeld bij het begin van internationale sportwedstrijden of bij het huldigen van een Nederlander die Europees of wereldkampioen is geworden.

Het Wilhelmus kan ook gespeeld worden bij aankomst of vertrek van de Koning. In 2004 is in het militair protocol opgenomen dat het Wilhelmus ook gespeeld kan worden bij een militaire inspectie die wordt verricht door de minister-president, de minister van Buitenlandse Zaken of de minister van Defensie. Militairen die in de houding staan, zingen niet mee, maar brengen de militaire groet.

De melodie van het Wilhelmus

De melodie van het Wilhelmus is vermoedelijk ontstaan tijdens het beleg van de Franse stad Chartres in 1568. De eerste bekende optekening ervan stamt uit 1574.

Adriaen Valerius legde in 1626 de huidige melodie van het Wilhelmus vast in zijn bundel Nederlandtsche Gedenck-clanck.

Wien Neêrlands Bloed

Luitenant-admiraal J.H. van Kinsbergen schreef bij de stichting van het Koninkrijk der Nederlanden in 1815 een prijsvraag uit voor een volkslied. De tekst van het winnende lied kwam van de dichter Hendrik Tollens. Johan Wilhelm Wilms maakte de melodie.

Het Wilhelmus werd gezien als het lied van het vorstenhuis en ging ‘Wien Neêrlands Bloed’ steeds meer vervangen. Vanaf het einde van de negentiende eeuw werd het steeds gebruikelijker het Wilhelmus bij officiële gelegenheden te laten horen. Op 10 mei 1932 moest het ‘Wien Neêrlands Bloed’ definitief plaatsmaken voor het Wilhelmus. Het ‘Wien Neêrlands Bloed’ werd daarna gezien als een vaderlandslievend, maar gedateerd lied.

 

 

 

Het comité streeft ernaar om op Koningsdag een bijeenkomst te organiseren voor een ieder die in de kern van Made (in het verleden) gedecoreerd is. Deze bijeenkomst wordt georganiseerd op Koningsdag. (zie programma)

Het comité streeft ernaar om op of rond Koningsdag,  voor alle leeftijdscategorieën activiteiten te ontplooien.

 

Het comité stimuleert maatschappelijke organisaties, verenigingen of andere groepen uit onze samenleving om activiteiten te ontwikkelen rond Koningsdag om de betrokkenheid tussen formele en informele groepen bewonder van Made te bevorderen